Het binnenland
Het dunbevolkte achterland van de Costa del Azahar herbergt kleinschalige dorpjes. Kenmerkend is het heuvelachtige, groene landschap met vlaktes. Dit gebied is dan ook geschikt voor liefhebbers van rust, ruimte, sport en overweldigende natuur.
De vele kleine dorpjes lijken eeuwen geslapen te hebben, zoals Traiguera met zijn prachtige klooster, Cervera del Meastra dat tegen een heuvel lijkt aangeplakt en het prachtig gerestaureerde San Mateu. Hier kunt u prima streekgerechten eten in de lokale restaurantjes op het gezellige plein.
Iets verder het binnenland in liggen het idylische Puebla de Benifasar en Morella, een onneembare vestingstad die bij de eerste aanblik direct imponeert. Kortom, te veel om op te noemen.
's Zomers zijn er veel feesten in de dorpen, vaak rond de oogsttijd, zoals het kersenfeest in La Salzadella begin juni.
De eerste primitieve mensen die Europa bevolkten, woonden in de grotten bij Tirig en Ulldecona, waar een museum gevestigd is en waar men 8000 jaar oude grottekeningen onder begeleiding van een gids kan bezichtigen.
Verder hebben de Moren eindeloze terrassen aangelegd op de heuvels om druiven te planten wat een imponerend gezicht is.
In dit gebied vindt men ook de meeste meer-dan-1000-jaar-oude olijfbomen van Spanje, de z.g. milenarios. De oudste olijfboom van Spanje zal dit jaar zijn 1.705e verjaardag vieren. De boom staat in de plaats Ulldecona.
's Winters kan men zelfs skiën in Valdelinares (Maestrat gebergte) wat maar zo'n 130 km landinwaarts ligt.